Het merk 51 is in Gouda in gebruik geweest tussen 1733 en 1898. Daarnaast is het in 1849 ook in Den Bosch geregistreerd geweest bij Teunis van Eijk.
In Gouda is het merk 51 gekroond in gebruik geweest bij achtereenvolgens ;
1733-1749 Willem de Hoog
1749-1805 Maarten Proefhamer
1808-1809 Hermanus Verhoef
1815-1835 Joost Leendertsz. Welter
1835-1865 Gerrit Prince, Firma Jan & Gerrit Prince
1865-1869 Firma Jan Prince & Cie
1869-1897 Cornelis Jan Christiaan Prince, Firma Jan Prince & Cie
1898-1898 Firma G. Prince & Zoonen
Bovenstaande 'lobben' pijpjes met gekroonde 51 op de ketel zijn gemaakt in Gouda, in de periode 1740-1780
Onbekende plaats en maker, ca 1740-1780.
Deze zijmerkpijpjes lijken allemaal in Gouda gemaakt in de periode 1740-1760
Kleine doetelkop, ca 1850-1898. Waarschijnlijk met 'Peter Dorni' op de steel
Een pijpenstort van jan Prince aan de Koningshof, zie ook Jan Prince
Vooral zgn PETER DORNI modellen met gekroonde 51, enkele ovoide. Daarnaast Isabe's met merken S en CK, en gladde ovoide koppen met vooral Ooievaar, CK, 76, S en Both
In 1880 werd in het gehele land de 'Merkenwet' van kracht: merken konden vanaf dat moment als Industrieel eigendom geregistreerd worden. Vanaf dit moment werd de merkbescherming op landelijk nivo, wettelijk geregeld en was de rol van de Commissarissen van de Vereniging van Pijpenfabrikanten in Gouda (de opvolger van het Gilde dat vanaf de Franse revolutie officieel opgeheven was) op het gebied van merk registratie en bescherming uitgespeeld. Ook de firma Jan Prince registreerde de bij haar op dat moment in gebruik zijnde merken: iedere registratie werd in de Staatscourant gepubliceerd.
Kennisgeving in de Staatscourant van de inschrijving van het merk '51 gekroond' door de firma Jan Prince & Cie. bij de rechtbank van Rotterdam op 28 juni 1881.