Het hielmerk 96 gekroond is tussen ca 1708/1710 en 1925 in Gouda in gebruik geweest bij achtereenvolgens (ref *14) ;
1708/1710- ? Gijsbert de Munnik
1748-1764 Jacobus Stomman
1764-1770 Susanna de Vrije, weduwe Jacobus Stomman
1770-1838 Pieter Stomman
1838-1858 Johannes Marinus van der Want Pzn.
1858-1874 Gerrit Cornelis en Johannes Marinus van der Want Pzn, fa Gebroeders van der Want
1874-1898 Gerrit Cornelis van der Want Pzn., Firma P. van der Want Gzn.
1898-1925 Firma P. van der Want Gzn.
Ook lijkt het in Schoonhoven (ref *37) en onder meer Antwerpen gebruikt te zijn in het tweede deel van de 18e eeuw
Ca 1710-1740, Gouda, Gijsbert de Munnik
Ca 1720-1740
In 1788 werd door de welgestelde burgers van Amsterdam, geinteresseerd in Kunst en Cultuur, de societeit Felix Meritis opgericht in een pand aan de Keizersgracht 1788. Het societeitsgebouw werd vanaf dat moment gebruikt als ' tempel van verlichting en verbreding' ; er vonden bijvoorbeeld concerten en literaire en culturele bijeenkomsten plaats.
In 1889 kwam aan de societeit een einde. Het heeft vervolgens tot 1988 geduurd voordat de Felix Meritis Stichting werd opgericht en heden ten dage fungeert zij als een Europees centrum voor Kunst en Cultuur (www.felix.meritis.nl)
Tekst 'VYFTIG IARIG BESTAAN 1827' en 'Felix Meritis'.
Gemaakt ter ere van het 50 jarig bestaan van de sociëteit Felix Meritis.
Gemaakt rond 1827 door Pieter Stomman (ref *14) in Gouda. Hielmerk 96 gekroond
Bovenstaande pijp is waarschijnlijk gemaakt in voor het Gorinchemse koffiehuis/logement dat op 21 september 1816 voor het eerst in een krant staat vermeld. In dit geval de Rotterdamsche Courant een en ander gevolgd door een vermelding twee dagen later in de Utrechtsche Courant. Uit deze meldingen blijkt dat een pand is aangekocht, omgebouwd en vanaf dat moment als logement is ingericht. Dit logement is gevestigd in het beste deel van de stad aan de Hoogstraat. Vanaf het jaar 1818 wordt in diverse advertenties en artikelen in de krant De Beurs in Gorinchem omschreven als (voornaam) logement/koffiehuis in Holland en vanaf de jaren dertig enkel als koffiehuis.
Onderstaand pijpje gevonden in een gemixte stort van Gouds pijpmakersafval, ca 1800
Onderstaande pijpen zijn gevonden in Schoonhoven, tussen voornamelijk stortmateriaal van Schoonhovense pijpenmakers uit de periode 1750-1800. Ca 90% van het gevonden materiaal betrof typerende Schoonhovense pijpen met ketel versiering. De overige 10% werd gevormd door vooral onbewerkte, ovale ketels, waarvan er een aantal duidelijk Gouds waren, maar ook een fors aantal waarschijnlijk lokaal gemaakt met merken van o.a. Nicolaas van Koomen, 96 (gekroond/ongekroond), WS gekroond, fortuin en both. Onderstaande pijpjes zijn waarschijnlijk in Schoonhoven gemaakt met als doel de Goudse pijpen met merk 96 gekroond na te maken.
In 1751 werd met behulp van gemeentelijke steun de pijpenfabriek van Carolus Claessens in Antwerpen opgericht. Waarschijnlijk heeft deze fabriek tot circa 1815-1820 bestaan en pijpen gemaakt met verschillende merken.
Merken die aan Carolus en later zijn zoon Andreas Claessens worden toegeschreven zijn: CRX (als initialen boven een gekroonde vis op de zijkant van de ketel), het merk Burg, gekroonde C, gekroonde 96, gekroonde hand en hand ongekroond. (Ref *35)
In 1819 was in het Belgische Lier de pijpenmaker B. Thijs actief, waarvan aangenomen wordt dat hij zijn pijpen merkte met het merk T en het merk TS. Ook worden modellen aan hem toegeschreven die het hielmerk 96 gekroond dragen en op de zijkant van de hiel de letters T en L.