Het merk 'Wapen van de VOC', is tussen 1835 en 1897 in Gouda in gebruik geweest bij achtereenvolgens (ref *14) ;
1835-1849 Simon van Loon
1857-1880 (weduwe) Johannes van Bovene
1880-1897 Cornelis Jan Christiaan Prince, fa. Jan Prince & Cie
Tevens is het merk 'Wapen van de VOC met A' bekend, en ook het merk 'Wapen van de VOC met HAB'
Bovenstaande pijp is gevonden in Leiden. Opvallend is het bijmerk dat een wapenschild toont dat in 4 kwartieren onderverdeeld lijkt.
Fraai bewerkte pijp met de letters VOC waaroverheen een wapenschild met 2x Leeuw met een vissenstaart en 2x een cirkel. In het midden een kleiner wapenschild met dubbelkoppige adelaar. Tekst rondom in lint ; LANG LEEV SYN HOOGEDELE GENERAAL IMHOF.
Op voorzijde ketel een medaillon met afbeelding van Imhof en tekst IMHOF, en wapen van Batavia met tekst BATAVIA. Hielmerk Ton gekroond.
Van Imhoff was in dienst van de VOC, leefde van 1705 tot 1750. Vanaf 1736 was hij gouverneur van Ceylon.
Pijp dateert uit periode 1745-1760.
In 1880 werd in het gehele land de 'Merkenwet' van kracht: merken konden vanaf dat moment als Industrieel eigendom geregistreerd worden. Vanaf dit moment werd de merkbescherming op landelijk nivo, wettelijk geregeld en was de rol van de Commissarissen van de Vereniging van Pijpenfabrikanten in Gouda (de opvolger van het Gilde dat vanaf de Franse revolutie officieel opgeheven was) op het gebied van merk registratie en bescherming uitgespeeld. Ook de firma Jan Prince registreerde de bij haar op dat moment in gebruik zijnde merken: iedere registratie werd in de Staatscourant gepubliceerd.
Kennisgeving in de Staatscourant van de inschrijving van het merk 'Compagnie's wapen' door de firma Jan Prince & Cie. bij de rechtbank van Rotterdam op 28 juni 1881. Het merk is door de drukker van de krant op zijn kop afgedrukt.