Groningen

Vanaf circa 1642 tot in het begin van 1800 zijn er in Groningen kleipijpenmakers actief geweest (ref *2, Tupan). Met name de in de tweede helft van de 17e eeuw vervaardigde pijpen zijn tamelijk karakteristiek qua vormgeving en versiering. De pijpen uit de periode na 1650 kenmerken zich door een wat hoge, slanke kop die vrij haaks op de steel staat. De pijpen uit de periode ervoor zijn wat grover en 'dikker'.

 

 

In tegenstelling tot veel andere Nederlandse steden waar de pijpenmakers vanaf de 18e eeuw al niet meer tegen de concurrentie van hun vooral Goudse collega's op konden, bood de stad en regio Groningen tot in het einde van de 18e eeuw voldoende mogelijkheden voor lokale pijpenmakers.

 

Overige 17e en 18e eeuwse merken : fortuin, fleur de lis, LB, WP en LS, spaakwiel/rad, ster, wapen van groningen (als zijmerk), gekroonde 18 en gekroonde 51

Naam

Abbring, Popko

Bernardus, Adriaan Pouwels

Cock, Berend Jans

Cock, Jan Jacob

Conraadts, Jan

Eltjes, Pieter

Emden, Jan van

Ennens, Jan

Fijt, Valentijn

 

Gerrits, Jan

Haas, Harm de

Haas, Jacob Cornelis de

Harms, Harm

Hendriks, Lippe

Hendrix, Marten

Hendrikx, Hendrik

Heynen, Carel

Hoornbeek, David van

 

Hoveman, Frans Jobs

Isebrants, Jan

Jacobs, Jannes

Jansen, Hans

Jansen, Jan

Luininghe, Jacob

Michiels, Bront

Nienhuis, Daniel Everts

Parssens, Jan Marcus

Parssens, Marcus

Perkaan, Jan Hendrik

Pijl, Evert Pieters

Pottema, Hendrik Eylert

Pottema, Jan Hendrik

Rediker, Hendrik

Reinders, Reinder

Reinders, Harm (zie hieronder)

Stins, Everwijn

Troyen, Gerrit van

Troyen, Ruth Gerrits van

Udens, Peter

Veen, Jan ter

Veldhuis, Jan Valentijn

Periode

1693-1697

1704-1709

1730-1731

1703-1725

ca 1775-1800

1732-1741

1643

1669

1673

 

1730-1754

1779-1754

1724-1774

1708

1693

1642-1666

1649-1669

1649

voor 1700

 

1723-1732

1728

1706-1709

1667-1687

1662-1664

1722-1744

1729

1714-1760

1656-1666

1643-1654

1765-1802

1743-1758

1726-1743

1743-1758

1722-1730

1709-1714

1730-1760

1725-1730

1721-1744

1699-1713

1698-1731

1765

1668

Merk

PA (ongekroond)

 

 

 

 

PE gekroond (ketelmerk)

 

IE

VF gekroond, VF monogram gekroond, roos gekroond met V  F

 

 

 

 

LH monogram

 

HH monogram gekroond

 

VHB monogram (varianten) en DVHB monogram

 

 

 

 

I I met ster

 

 

N H (ketelmerk), D N H gekroond

I M P monogram

M P monogram

 

E P gekroond (ketelmerk)

 

I H P gekroond (ketelmerk)


1-09-1643. Marten Hendrix pijpenmaker.
1-09-1643. Marten Hendrix pijpenmaker.
13-10-1822, overlijdensakte van Agnes Reinders, 80 jaar. In leven dochter van pijpenmaker Harm Reinders (die dus tussen circa 1730 en 1760 actief zal zijn geweest.
13-10-1822, overlijdensakte van Agnes Reinders, 80 jaar. In leven dochter van pijpenmaker Harm Reinders (die dus tussen circa 1730 en 1760 actief zal zijn geweest.
Groepje pijpen van typerend Gronings fabrikaar, periode ca. 1645-1680
Groepje pijpen van typerend Gronings fabrikaar, periode ca. 1645-1680

VF ; Valentijn Fijt

Ca 1670-1675, Groningen, maker Valentijn Fijt

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


VHB ; David van Hoornbeek

Voor 1700 (ref *2) was de pijpmaker David van Hoornbeek actief, aan wie het merk VHB (letters VH in monogram) worden toegeschreven. Gezien de afmetingen van de kop is deze pijp rond ca 1670-1680 gemaakt.

 

 

 

 

Variant van  David van Hoornbeek VHB monogram

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Merk WP (met ster erboven). Onbekende maker

 

 

 

 

 

 

 

 


Een drietal 17e eeuwse modellen met gestilleerde stippenroos versieringen. Komen uit een zelfde vondstencomplex als de pijpjes hierboven. Mogelijk in ook in Groningen gemaakt.


Slecht leesbaar merk; een I (?) en een P met een H erboven?!

Vindplaats Groningen, ca 1650-1660.

 

 

 

 

 

 

 

A en I (?) Gevonden in Groningen, circa 1640-1650.



Vanuit Groningen zijn diverse modellen uit de periode 1650-1670 bekend met rijk versierde stelen, zoals we ook uit bijvoorbeeld Amsterdam en Gouda kennen. In een aantal gevallen zijn deze ook voorzien van jaartal of initialen. Onderstaande fragmenten komen uit Groningen en dateren uit genoemde periode.

Pijpjes met dergelijke steelversieringen zijn frequent aangetroffen in een stort die eenduidig aan Marcus Parssens toe te schrijven was. Wellicht dat hij ook inderdaad deze pijp gemaakt heeft.


Hollandse Leeuw als ketelversiering

Hoewel het pijpje geen verdere merktekens draagt wordt deze door Tupan ook aan David van Hoornbeek toegeschreven. Aan beide zijden van de kop de Nederlandse Leeuw met zwaard en pijlenbundel. Ca 1680-1690.


Dit pijpje dateert uit ca 1680-1690 en heeft een bloem versiering op beide zijden van de ketel. Gronings product.



Een opvallend trechtermodel, vrij langgerekt en net geen punt hiel maar ook geen platte hiel. Op de rechterzijkant van de ketel lijkt vaag een (overblijfsel van) een zijmerk zichtbaar ?!

 

Trechtervormig kopje met wat lijkt op een G boven een V. Ca 1700

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Rond 1720 waren er in Groningen in ieder geval nog 12 pijpmakers actief (ref *2), in 1770 waren dat er nog een stuk of 3. Pijpen met de zijmerken gekroonde 18, gekroonde 51, gekroonde LHP, PE, DNH, NH, EP, Fortuin en het gekroonde wapen van Groningen zijn uit deze periode bekend

Groningse uitvoering van gekroonde 18. Ca 1740-1750

Het Wapen van Groningen, gekroond als zijmerk. Groningen ca 1740-1745



Pijpje gemaakt tussen circa 1743 en 1758, door Evert Pieters Pijl in Groningen.

Gevonden in Groningen

Hielmerk Molen (?!)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hielmerk Melkmeisje (drie x)


Ongemerkte modellen



Bovenstaande pijp lijkt het merk R te hebben. Gevonden in Groningen.




Een wat grof uitgevoerde ovale pijp zonder enige bijmerken. In de hiel de letter R ?! Op basis van de afwerking en het onbekende merk lijkt deze pijp niet in Gouda gemaakt, maar het merk R werd daar in die periode niet gebruikt. Gevonden in Groningen, ca 1740-1800.

 

 

 

[PKN 1980 (8) 1980 - De Groninger Tabakspijpenmakers in de 17e en 18e eeuw - H. Tupan]

Referenties/bronnen

 

PKN (1988) :

1988 - PKN Jubileumuitgave; De Kleipijp als bodemvondst - Beknopt overzicht van tien jaar onderzoek naar de belangrijkste pijpenmakerscentra

in de 17e en 18e eeuw. Amsterdam. F. Tymstra en J. van der Meulen.

www.tabakspijp.nl/publicaties/pkn-publicaties/10-jaar-pkn-1988/

 

 

PKN (1980) : Jaargang 8, pagina 4-15.

De Groninger tabakspijpmakers in de 17e en 18e eeuw - H Tupan

(www.tabakspijp.nl/archief/pkn-blad-artikelen/)

 

Download: Groningen - H Tupan (1988)
De kleipijp als bodemvondst Groningen.pd
Adobe Acrobat document 6.4 MB
Download: De Groninger tabakspijpmakers
8 (4-15) 1980 Tupan H - De groninger tab
Adobe Acrobat document 3.3 MB

Laatste Nieuwe

17/9: de brocanterie heeft weer wat leuke pijpjes opgeleverd.

1/7: Veel nieuwe foto's van vooral verschillende merken toegevoegd.

21/4: Een erg scherp uitgevoerde 'rustende herderin met een schaapje' van de Goudse pijpenmaker Wagenaar.

12/3; Gouds pijpje uit de vroege 18e eeuw met fraai getordeerde steel

23/1: Weer wat pijpen uit de collectie op foto gezet waaronder weer leuke hiel-merken. 

8/12 : De pijpenmakers van Schoonhoven is het resultaat van ruim twee jaar archief onderzoek. Een 432 pagina's tellend boek dat een geheel nieuwe blik werpt op de industrie in deze stad en ruim 120 makers in detail belicht. Heel veel tot op heden onbekende informatie.